Door de toenemende internationalisering wordt kennis van buitenlandse talen binnen bedrijven steeds belangrijker. Aanvankelijk ontbrak een instrument om de bij de medewerkers aanwezige kennis te beoordelen en gericht te vergroten. De Raad van Europa heeft opdracht gegeven een dergelijk instrument te ontwikkelen. Dit is het CEFR (de Europese taalniveaus / Common European Framework of Reference) geworden, een instrument dat door overheden en vele bedrijven en instellingen binnen de EU gebruikt wordt. Het bevat een schaal met zes niveaus voor de verschillende onderdelen van het taalverwervingsproces: begrijpen (luisteren en lezen), spreken (productie en gesprekken voeren) en schrijven.
Deze zes niveaus zijn:
- A1 Beginners;
- A2 Beginners +;
- B1 Halfgevorderden;
- B2 Gevorderden;
- C1 Vergevorderden;
- C2 (Bijna) moedertaalniveau.
Hier vindt u gedetailleerdere informatie over het Europese Referentiekader.
Voor iedere taaltraining stellen wij met behulp van dit meetinstrument het beginniveau van de cursist vast en bepalen we het te bereiken eindniveau. Hierdoor wordt duidelijk welke onderdelen van de taalverwerving tijdens de training extra aandacht nodig hebben. Na afloop van de taaltraining ontvangt de cursist een certificaat, waarop het bereikte niveau per onderdeel vermeld staat.